Inhalen verloren leertijd: welke interventies en programma’s zijn effectief?

12 jun 2020 | Beleidsmakers, Besturen, Professionals

Hoe kunnen we de verloren leertijd van leerlingen inhalen? Wat weten we uit onderzoek over de effectiviteit van verschillende interventies en strategieën?

In dit blog bespreken we de vier opties die worden genoemd in de subsidieregeling voor inhaal- en ondersteuningsprogramma`s en gaan we in op andere voorbeelden van internationale programma`s om leerachterstanden in te halen.

Voor scholen/schoolbesturen (PO/VO) die willen deelnemen aan effectiviteitsonderzoek naar deze programma’s en interventies, mail Dr. Anne Fleur Kortekaas-Rijlaarsdam: a.f.kortekaas-rijlaarsdam@vu.nl

 

De subsidieregeling

Op 20 mei 2020 maakte het Ministerie van OCW bekend subsidie te verstrekken voor inhaal- en ondersteuningsprogramma’s om mogelijke leerachterstanden door schoolsluiting in te halen (voor PO, VO, MBO, speciaal onderwijs en voorschoolse educatie). Scholen zijn vrij om te bepalen of en hoe zij extra onderwijstijd willen organiseren, welke leerlingen in aanmerking komen voor extra ondersteuning, waar de ondersteuning zich op moet richten (didactisch/ sociaal-emotioneel), en kunnen daarbij derde partijen inschakelen, zoals (pabo-) studenten en ouders. Lees hier meer over de subsidieregeling.

Inhaal-en ondersteuningsprogramma`s
Als reactie op de subsidieregeling heeft de PO-raad een kaart ontwikkeld om schoolteams en bestuurders te ondersteunen in het kiezen van aanpakken en organisatievormen. Ook de VO-raad publiceerde een overzicht met tips voor de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van inhaal- en ondersteuningsprogramma’s. De volgende vier opties worden genoemd in het overzicht van de PO-raad:

  • Zomerschool/vakantieschool
    Extra onderwijstijd voor leerlingen van meerdere scholen in een vakantieperiode, gedurende één of meerdere weken. Meestal worden de lessen extern georganiseerd, en verzorgd door leraren, onderwijsassistenten, studenten en vakdocenten. Op een zomerschool kan, naast de kernvakken, ook aandacht worden besteed aan educatieve en belevingsgerichte activiteiten, zoals actieve buitenlessen en excursies.  
  • Ondersteuning onder schooltijd
    Extra ondersteuning binnen het dag rooster met voorwaarde dat het aanvullend is aan het reguliere programma. Bijvoorbeeld: extra ondersteuning door de leerkracht tijdens zelfstandige werkmomenten. Om dubbele leerachterstanden te voorkomen, doet de leerling ook mee met de plenaire instructies.
  • Verlengde schooldag (VSD)
    Scholen kunnen kiezen om 1 à 2 dagen per week de schooldag te verlengen. Dit kan op de halve dagen (op woensdag/vrijdag), na/voor een schooldag, of tijdens de pauze en betreft meestal een verlenging van twee tot drie uur per week. De verlengde schooldag is bedoeld voor leerlingen van de eigen school en de uitvoering kan in handen zijn van eigen groepsleraren, maar ook van derden (studenten, vakdocenten).
  • Extra ondersteuning in een bovenschoolse setting
    Het inzetten van extra ondersteuningsklassen voor leerlingen van verschillende scholen. Het doel is om basisvaardigheden te versterken, maar ook voor bredere ontwikkeling. Meestal wordt een bovenschoolse aanbod verzorgd door didactisch-onderlegde professionals en vakinhoudelijke experts waarbij begeleiding van leerlingen in kleinere groepjes plaatsvindt.

 

De voor-en nadelen per inhaal-en ondersteuningsprogramma

In onderstaande tabel is weergegeven wat enkele voor-en nadelen zijn per optie.

Inhaalprogramma’s Voordelen Nadelen
Zomerschool/ vakantieschool
  • Zomerscholen lijken effectief te zijn voor het inhalen van leerachterstanden volgens meerdere (internationale) onderzoeken1-5.
  • Zomerscholen lijken vooral zittenblijven in het VO tegen te gaan3-4. Dit geldt voornamelijk voor HAVO en VMBO- leerlingen. Ook verlaten ze minder snel de school bij deelname aan een zomerschool6.
  • Kansarme basisschoolleerlingen die deelnemen aan een zomerprogramma hebben meer vertrouwen om te starten aan de middelbare school dan degenen die niet deelnemen 7.
  • Voor kinderen uit kwetsbare situaties lijken zomerscholen positieve effecten te hebben op de reken- en taalvaardigheden, zelfstandigheid, zelfvertrouwen, motivatie en sociaal-emotionele competenties8-9.
  • Wel gelden voorwaarden voor een effectieve zomerschool: leerlingen werken in kleine groepen (5-15), de lesstof is intensief en uitdagend (activerende werkvormen) om zo leerlingen te motiveren, gestructureerd en gefocust op de leerachterstanden, sluit aan op het schoolse curriculum gecombineerd met leuke elementen (zoals spelletjes) en gericht op waar leerlingen ondersteuning nodig hebben en biedt ook een extra-curriculum element of andere incentives (ontbijt, snacks, trips) om deelname te motiveren 6-10.
  • Zomerscholen blijken voornamelijk effectief op korte termijn en op lange termijn lijken de effecten snel te verzwakken4,7. Naar lange termijneffecten van zomerscholen is meer onderzoek nodig.
  • Er bestaat een risico dat zomerscholen los komen te staan met het regulier onderwijs en curriculum1-3 en vergen daarnaast veel voorbereidingstijd.
  • Het inzetten van leraren met inhoudelijke kennis en ervaring met het lesgeven aan verschillende niveaus wordt aanbevolen9. Echter is het wegens het lerarentekort en hoge werkdruk niet altijd haalbaar om bevoegde leraren/vakdocenten in te zetten.
  • Het motiveren van kansarme kinderen (en hun ouders) om deel te nemen aan een zomerschool is een grote uitdaging, zo blijkt uit een review onderzoek dat bij de meeste zomerscholen kinderen na één keer niet meer kwamen7.
  • Mogelijk stigmatiseren van leerlingen11.
Ondersteuning onder schooltijd
  • Jonge kinderen ontvangen extra ondersteuning in de vertrouwde omgeving van de eigen groep waar vooral geleerd wordt via begeleiding in spelsituaties.
  • Gespreid oefenen van lesstof levert op de langere duur betere leerprestaties op voor zowel kinderen, jongeren als volwassenen dan geconcentreerd oefenen van lesstof12.
  • Leerlingen blijven onderdeel van de groep en minder kans op stigmatisering.
  • Lage kosten en investering voor de lange termijn kwaliteitsverbetering van het pedagogisch-didactisch handelen.
Verlengde schooldag
  • Leerlingen lijken gemiddeld twee extra maanden per jaar vooruitgang te boeken bij verlengde schooltijd, zoals te lezen in een review van de EEF.
  • Er zijn aanwijzingen dat kansarme leerlingen er meer baat bij hebben. Er zijn ook voordelen voor studenten met een laag inkomen, zoals verbeterd gedrag en betere relaties met leeftijdsgenoten.
  • Door preteaching —differentiatie voorafgaand aan de instructie in de groep— zijn leerlingen extra voorbereid op de instructie, kunnen ze deze beter volgen en zo beter meedoen aan gezamenlijke oefenactiviteiten (Kaart PO-raad).
  • Grotere belasting en werkdruk van leerkrachten.
Ondersteuning bovenschoolse setting
  • Onderzoek toont aan dat leerlingen van de middelbare school bij één uur extra wiskundeles op school, substantieel hogere cijfers haalden13. Het lesgeven in kleine groepen (het liefst twee leerlingen) heeft het meest effect.
  • Hoge kosten
  • Jongeren zijn vergeleken met jonge kinderen minder gemotiveerd om deel te nemen aan naschoolse programma`s. Dit is vooral het geval voor jongeren uit kwetsbare situaties5.

 

Andere (internationale) aanpakken om leerwinst te vergroten

Een korte review van internationale studies en ‘’good practices’’ levert het volgende overzicht op:

  1. Eén-op-één-begeleiding van leerlingen door gekwalificeerde leerkracht (‘one on one tuition’). Een review studie van de Education Endowment Foundation (EEF) en de Sutton Trust laat zien dat één-op-één-begeleiding bijzonder effectief is. De EEF schat dat leerlingen met één-op-één-lessen gedurende 6-12 weken door gekwalificeerde leerkrachten gemiddeld vijf maanden vooruitgang boeken14, terwijl er drie maanden vooruitgang wordt geboekt wanneer de lessen worden verzorgd door universiteitsstudenten15. Zulke programma’s met onderwijsassistenten of vrijwilligers kunnen een waardevolle impact hebben, maar zijn meestal minder effectief dan programma’s met ervaren en specifiek opgeleide leraren, die gemiddeld bijna tweemaal het effect hebben. Het is bovendien een kostbare optie.

  2. Versterken van de basis: pedagogisch-didactisch handelen van leerkrachten en aanvullende materialen.
    Het organiseren van ondersteuning onder schooltijd is een effectieve interventie voor de lange termijn wanneer hiermee de basiskwaliteit van het regulier onderwijs verbetert, met name voor kansarme leerlingen. Deze basiskwaliteit kan worden versterkt door verdere professionele ontwikkeling van leerkrachten en het ontwikkelen van specifieke materialen voor gebruik door leerkrachten in de klas (met name gericht op kansarme leerlingen). Prioriteiten voor professionele ontwikkeling zijn volgens de EEF en de Sutton Trust16: online cursussen over specifieke vakinhoud en inzet van effectieve leermiddelen en lesmateriaal, en online cursussen over pedagogische benaderingen voor kansarme leerlingen. De ‘teaching learning toolkit’ van de EEF laat zien dat vooral ‘goede feedback’ en ‘begrijpend lezen’ effectief zijn. Daarnaast is het versterken van executieve functies (metacognitie, motivatie voor leren, strategieën om het eigen leren te reguleren) van belang omdat leerlingen hier ook profijt van hebben in het buitenschoolse leren; zeker wanneer scholen opnieuw moeten sluiten bij een tweede uitbraak17.

     

  3. Versterken van de basis: blended learning en benutten van software voor remediering en afstandsonderwijs. In deze optie wordt geïnvesteerd in de vaardigheden van leerkrachten om onderwijs in de school te combineren met afstandsonderwijs thuis, de hardware en software (inclusief online lespakketten en remediërend en aanvullend materiaal), alsook de toegang van leerlingen tot online leren (snel internet, hardware) (zie ons eerdere blog).

  4. Versterken educatief partnerschap waarbij intensiever met ouders wordt samengewerkt om leerlingen ook thuis te begeleiden met aanvullend thuisonderwijs (zie ons eerdere blog). Er is sterk bewijs voor positieve effecten van ouderbetrokkenheid op leerprestaties, maar het is onduidelijk welke specifieke interventies het best werken. De EEF geeft een overzicht van strategieën, variërend van continue communicatie via sms, versterken van taal en IT-vaardigheden, ondersteunen van ouders in het thuis lezen en het begeleiden van hun kinderen in het maken van huiswerk en het afsluiten van ‘leercontracten’ met ouders waarin ook voortgang van leerlingen goed wordt gevolgd.

     

  5. Verlengen van het schooljaar en verkorten van de zomervakantie voor alle leerlingen. Het reguliere aanbod, zoals scholen dat bij de opening zijn gestart kan dan over een langere periode worden ingezet. Hoewel er geen meta-analyse naar het effect van de duur van het schooljaar beschikbaar is, blijkt uit reviews dat het effect is klein.

Voor aanvullende ideeën voor specifieke interventies en strategieën, zie ook: https://educationendowmentfoundation.org.uk/evidence-summaries/teaching-learning-toolkit/

Aanvullende reflecties

  • Verschillende studies14,16,18 benadrukken het belang van het versterken van de basis en het combineren van strategieën. De inschatting is dat één strategie gericht op ‘inhalen’ op de korte termijn onvoldoende effectief is om te compenseren voor verloren leertijd.
  • Hoewel er specifieke interventies nodig zijn voor wanneer scholen net geopend zijn, wordt ook het belang van lange termijn investeringen in de basiskwaliteit benadrukt: om stigmatisering van leerlingen te voorkomen en sociale cohesie in de groep te bevorderen.
  • De consequenties van genoemde opties voor de werkdruk van leraren: sommige opties hebben gevolgen voor de werkdruk van leerkrachten terwijl deze, met name in scholen in achterstandsgebieden al zeer hoog is. In Engeland stelt het Education Policy Institute voor om een ‘teacher volunteer scheme’ in te stellen om extra handen in de klas te organiseren, bijvoorbeeld bestaande uit studenten, gepensioneerde leerkrachten of schoolleiders of oud inspecteurs. Via een nationale website zouden zij hun interesse en vaardigheden kunnen registreren zodat scholen die hun hulp nodig hebben contact met hen kunnen opnemen.

 

Bronnen

  1. Borman GD, Dowling NM. Longitudinal Achievement Effects of Multiyear Summer School: Evidence From The Teach Baltimore Randomized Field Trial. Educational Evaluation and Policy Analysis. 2006; 28 (1), 25-48.
  2. Cooper H, Charlton K, Valentine JC, Muhlenbruck L. Making the most of summer school: a meta analytic and narrative review. Monograph of the Society for Research in Child Development 65. 2000; 1-118
  3. Faber SE, Timmerman MC, Kievitsbosch AF. De zomerschool: een effectieve interventie tegen zittenblijven. Groningen: Rijksuniversiteit. Groningen. 2014. Beschikbaar via: https://www.zomerscholenvo.nl/wp-content/uploads/sites/5/2015/08/Rapport-onderzoek-Zomerscholen-RUG.pdf Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  4. Haelermans C, Ghysels J, Monfrance M, Rud I, Groot W. (2017). Procesvaluatie lentescholen en effectanalyse lente- en zomerscholen 2016. Maastricht: Top Institute for Evidence-based Education Research (TIER), Universiteit Maastricht. Beschikbaar via: https://www.zomerscholenvo.nl/deelname-aan-zomerschool-verkleint-kans-op-zittenblijven-2/ . Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  5. Lauer P, Akiba M, Wilkerson S, Apthorp H, Snow D, Mya MG. Out-of-School-Time Programs: A Meta-Analysis of Effects for At-Risk Students. Review of Educational Research. 2006; 76, 275-313.
  6. Mariano, Louis T, Martorell P, Berglund T. The Effects of Grade Retention on High School Outcomes: Evidence from New York City Schools. Santa Monica, CA: RAND Corporation, 2018. Beschikbaar via: https://www.rand.org/pubs/working_papers/WR1259.html. Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  7. Sharp, C. Can summer schools improve outcomes for disadvantaged pupils? National Foundation for Educational Research. 2018.
  8. McCombs, Sloan J, Pane J, Augustine CH, Schwartz HL, Martorell P, Zakaras L, Ready for Fall? Near-Term Effects of Voluntary Summer Learning Programs on Low-Income Students’ Learning Opportunities and Outcomes. Santa Monica, CA: RAND Corporation. 2014. Beschikbaar via: https://www.rand.org/pubs/research_reports/RR815.html. Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  9. Schwartz, Heather L, McCombs JS, Augustine CH, Leschitz JT. Getting to Work on Summer Learning: Recommended Practices for Success, 2nd Ed.. Santa Monica, CA: RAND Corporation. 2018. Beschikbaar via: https://www.rand.org/pubs/research_reports/RR366-1.html. Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  10. Rapportage SOEM-zomerschool Amsterdam Zuidoost. 2019.
  11. Education Policy Institute. Preventing the disadvantage gap from increasing during and after the Covid-19 pandemic. Beschikbaar via: https://epi.org.uk/publications-and-research/disadvantage-gap-covid-19/ Geraadpleegd op 11 juni 2020
  12. Dunlosky J, Rawson KA, Marsh EJ, Nathan MJ, Willingham DT. Improving Students’ Learning With Effective Learning Techniques: Promising Directions From Cognitive and Educational Psychology, Psychological Science in the Public Interest. 2013; 14, 4–58
  13. Cook, Philip J, et al. “Not too late: Improving academic outcomes for disadvantaged youth.” Institute for Policy Research. Northwestern University Working Paper. 2015; WP-15-01. Beschikbaar via: https://scholar.harvard.edu/files/fryer/files/not_too_late._improving_academic_outcomes_for_disadvantaged_youth_2015.pdf Geraadpleegd op 10 juni 2020.
  14. https://committees.parliament.uk/event/1118/formal-meeting-oral-evidence-session/
  15. Torgerson C, et al. “Tutor Trust: affordable primary tuition. Evaluation report and executive summary.”
  16. The Sutton Trust. Sutton Trust response to the Education Select Committee’s inquiry into the impact of Covid-19 on children’s services and education. Beschikbaar via: https://www.suttontrust.com/wp-content/uploads/2020/06/200531-Sutton-Trust-response-to-Education-Select-Committee-inquiry-into-Covid-19-impact.pdf. Geraadpleegd op 11 juni 2020.
  17. Huizinga M, Smidts D. Gedrag in uitvoering. 1 ed. Nieuwezijds B.V., Uitgeverij; 2017.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bekijk ook informatie voor:

Meest recente blogs: